‘Ik kan niet wachten totdat ik met pensioen ben.’ Die uitspraak hoor je soms van zowel een jongere als een oudere. Opvallend genoeg kiezen steeds meer mensen ervoor om tóch door te werken wanneer ze de AOW-leeftijd hebben bereikt. Waarom zou je dat doen? En: hoe werkt dat voor werknemer en werkgever? Jack Wiebenga, eigenaar van uitzendbureau Actief65+, geeft antwoord op deze vragen.
Jack is 78 en werkt zelf nog iedere dag. ’22 jaar geleden startte ik dit uitzendbureau, omdat ik iets omhanden wilde hebben als ik met pensioen was. Het leek me een leuke uitdaging om werk te zoeken voor AOW’ers.’
Gezond
Waarom zou je eigenlijk blijven werken na je pensioen? ‘Waarom niet?’ stelt Jack de vraag terug. ‘Eigenlijk zijn er twee redenen: doel hebben in je leven en meer financiën. Veel mensen gaan zich vervelen wanneer ze thuis komen te zitten. De hond is al uitgelaten en om nu alweer te gaan vissen … Ze willen zich nuttig maken en ergens bij horen. Ze voelen zich fit genoeg om nog volop aan het leven deel te nemen. Bezig zijn met collega’s, lachen, plezier hebben in het werk. Daarnaast is het heel goed voor de volksgezondheid om bezig te blijven. Tal van studies hebben dat bewezen. Als je nog ergens mee bezig bent en gefocust moet blijven, is dat goed voor de hersenen en lichamelijke vitaliteit. Ook ergens voldoening uit halen, een doel hebben in het leven, heeft een positieve uitwerking op de gezondheid. Ook financiële redenen spelen een rol. Heel simpel: je gaat er meestal toch enkele honderden euro’s op achteruit als je met pensioen gaat. Een extra zakcentje is dan zo gek nog niet. In onze maatschappij is het eigenlijk ook raar geregeld qua werk. Je werkt zo’n 45 jaar in een pittig tempo met af en toe vakantie. Zodra je je AOW-leeftijd hebt bereikt, ga je van honderd naar nul en val je in een gat. Dat gaat in het leven met niets anders zo. Alles gaat geleidelijk. Je ontwikkelt je geleidelijk en je gaat ook gaandeweg in het leven weer achteruit. Het zou mooi en goed zijn als dat met werk ook gebeurt.’
Rechten
Werken na je pensioen heeft geen risico’s voor jou als werknemer, zo stelt Jack. ‘Je hebt eigenlijk niks te vrezen als AOW’er. Je mag onbeperkt bijverdienen, zonder dat je gekort wordt op je pensioen. Uiteraard betaal je wel belasting. Maar omdat je geen pensioen opbouwt, betaal je daar ook geen premie voor. Per saldo houd je een kleine twintig procent extra over. Als AOW’er heb je ook dezelfde rechten als ieder andere werknemer, met één uitzondering: als je ziek wordt, krijg je maar zes weken doorbetaald in plaats van twee jaar. Verder is er geen enkel onderscheid tussen een oudere of jongere werknemer. Je krijgt gewoon een arbeidscontract en je valt onder de bescherming van de cao en het minimumloon. Tot zo’n tien jaar geleden lag dat anders: toen hield de cao op met 65.’
Gunstig
Ook voor werkgevers zijn er eigenlijk geen nadelen. Je kunt gerust een AOW’er aannemen, zegt Jack. ‘Het is een goedkope en betrouwbare kracht. Goedkoop, omdat je geen premies hoeft te betalen ten behoeve van de Werkloosheidswet (WW), Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Ziektewet (ZW) en Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). Ook is er geen sprake meer van het afdragen van pensioenpremie. Daarnaast zijn AOW’ers meestal zeer betrouwbare werknemers. Ze zijn nog van de oude stempel. Ze zullen zich niet snel ziek melden en komen fluitend op hun werk, omdat het echt betekenis geeft aan hun leven. Geld is voor de werknemer ook van ondergeschikt belang. Kwaliteit van het werk, een goede sfeer en plezier zijn belangrijker. Daarom zijn ze schappelijk in hun salaris, en zullen ze niet meer zo hard onderhandelen als iemand van 30. En wat denk je van de hoeveelheid kennis? Een oude rot in het vak die het een en ander kan overbrengen, is heel waardevol voor een bedrijf. Zeker in een